zondag 1 december 2013

Blogopdracht 5: stage



1) voorbereiding?
Ik had graag nog wat meer bijgeleerd over organisatie in een klas p.o.
Dit is namelijk niet echt makkelijk. In heb stage gegeven in de middenschool in Hamme.                      Het klaslokaal waar plastische opvoeding gegeven wordt, is eigenlijk een lokaal zoals alle andere lokalen. Het enige verschil is dat er twee kasten met materiaal staan, een wasbak en een rek waarin de mappen van de leerlingen opgeborgen worden.
Ik heb les gegeven aan een klas van 26 leerlingen. Die zat dus overvol. Het was voor mij dus een beetje puzzelen over het geven van de demonstratie.
Ik heb deze dan opgesplitst en de demonstratie aan de tafel van een leerling gegeven. De andere helft van de klas werkte terwijl voort aan een opdracht van het werkblaadje.
Dit is maar één onderdeel van de tak 'organisatie' natuurlijk. Ik heb tijdens mijn stage niet met verf gewerkt dus die wastafels waren niet nodig. Maar ik vraag me wel af hoe ik die organisatie zou regelen met zo een grote klas in een klein lokaal.

2) Hoe zie je die voorbereiding?
 Ik zie die voorbereiding als een soort simulatie. Het is misschien een leuk idee om tal van simulaties na te bootsen en zo tot enkele problemen/moeilijke situaties te komen. Samen met de rest van de klas kan er dan een oplossing gevonden worden. -> Leren van elkaar.

3) & 4) Bijsturing:
Reflecties. Ik heb nog niet bereikt wat ik wil bereiken met reflecties. Hoe start je, wat zeg je, laat je enkel de leerlingen spreken, is de leraar de begeleider tijdens reflectie...? 
Door wie maakt mij niet uit. 


Blogopdracht 4



Ik kon (wegens ziekte) niet aanwezig zijn tijdens deze les.
De les vakdidactiek ging over de leerplandoelen, eindtermen, VOET en natuurlijk... de stage die eraan kwam.

zaterdag 12 oktober 2013

Les 3: Deel 1 & 2

Deel 1

We hebben deze les gezien hoe 2 lessen plastische opvoeding (of meerdere) aan elkaar worden gehangen.
Dit is iets nieuws voor ons. We hadden enkel nog maar lesjes gemaakt die (normaal gezien) op één les plastische opvoeding (100') te maken waren. De theorie werd duidelijk gemaakt door een les die de docent zelf vroeger gegeven heeft. Ze hadden in 5 lessen (elke les 100') een janushoofd gemaakt.
Zelf dacht ik eerst dat daar maar 3 lessen voor zouden nodig zijn, maar als snel bleek dat da niet het geval was.
Als je echt een goed resultaat wil bekomen, maak je daar tijd voor.
Het is belangrijk dat leerlingen de klas inkomen en via een korte sfeerschepping terug volop bezig zijn met hun opdracht. Dat lesbegin kan zelfs een korte reflectie op de vorige les zijn.
lesbegin: refereren naar vorige les
lesmidden: gebonden aan tijd, zorg voor inhoudelijk geheel, organisatorisch geheel
leseinde: noodzakelijk, in afgerond geheel afwerken, opruimen

Deel 2             

 drie mogelijke pistes om mijn leerinhoud over de kerstkaartjes te verspreiden over 2 lessen:
1) extra diepte door 'plakkertjes': ik weet niet echt de correcte naam voor dit, maar de bedoeling is dat de leerlingen me hetzelfde patroon nog een ander kaartje maken, maar dan die diepte nog duidelijker gaan maken omdat we met die 'plakkertjes' gaan werken. Het is dus geen vlak kaartje meer.
=> meer diepte omdat we niet meer vlak werken.

2) draaischijf: De leerlingen maken een kaart waarop ze zien hoe ze op een andere manier een ruimte kunnen creëren. Ze maken een soort draaischijf als kerstkaart. Als ze draaien, komt er steeds een andere ruimte tevoorschijn (in thema kerstmis).
=> andere techniek: collage op draaischijf










donderdag 3 oktober 2013

Les 2 (deel 2) : DE PROCESMAP



We leerden in de vorige les over de procesmap. Wat er allemaal in kan staan, hoe groot deze kan zijn... werd ons allemaal duidelijk. Nieuwsgierig hoe mijn procesmap eruit zou zien?

naam: Arty-D2 (maar een voorbeeldje, misschien laat ik de leerlingen wel zelf kiezen)
vorm: werkblaadjes in bestekmap
            extra schriftje voor schetsen
onderdelen: BA, KB, documentatie dat de lln verzameld, voorstudies maken, begrippenlijst en reflectie.
hoe in de les integreren: werkblaadjes tussen de lesfasen door.  vb. na de sfeerschepping, na een demonstratie laten oefenen...
werkblaadjes: vormen dus een deel van mijn procesmap en komen in de les tussen de fasen door aan bod.  Het kan ook zijn dat ik ze iets klein laat opzoeken of laat oefenen.
info aangebracht door de leerlingen: klasgesprek over de gevonden info. Controle over wat de leerlingen gevonden hebben. (werk voor mij    joepie!) 

Wat voor mij ook belangrijk is, is dat de leerling echt vrij is met die map. Ze mogen er zelf ook dingen instoppen die ze leuk vinden, zelf thuis gemaakt hebben.

bron:
vvkso. (2008). leerplannen. Opgehaald van ond.vvkso-ict.com: http://ond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/Plastische%20opvoeding-2008-044.pdf

les 2 (deel 1) : Wat heb ik gezien, geleerd, is me bijgebleven?


les 2 (deel 1) : Wat heb ik gezien, geleerd, is me bijgebleven?

Eerst en vooral hadden we het over dé procesmap van een les plastische opvoeding.
Hierin zie je oa de evolutie van het gemaakte proces, een reflectie, extra informatie. Het is een map waar de leerling zelf actief mee bezig is. Het is een soort groeiproces in een map. De leerkracht zelf is vrij in de vorm waarin hij zo een map giet. Toen ik in het middelbaar zat, werkten we met een A4-schrift waarin we informatie moesten opzoeken over de kunstenaar, zelf dingen moesten uittesten, enz. Het tweede deel van de les hadden we het natuurlijk over de werkblaadjes. Ik heb zelf zeer veel aan dit moment gehad, want mijn werkblad had echt nog geen 'feeling'. Het sprak niet aan en ging niet diep op de les in. Mijn werkpunten waren:
- prentjes
- KB verwerken als dit zinvol is in je les
- begrippenlijst
De 'tips' die zijn meegegeven heb ik nu proberen opvolgen in mijn nieuwe werkblaadje rond de kerstkaartjes. 
Als laatste hadden we het over de beginsituatie. (zeer belangrijk!) 

besluit: Les die goed in elkaar zat en waar ik echt veel aan heb. Het tempo van de les gaat ook veel sneller dan vorig jaar, wat ik wel beter vind. Je hebt zo niet de neiging om met iets anders bezig te zijn. Ik was echt aandachtig omdat ik het allemaal belangrijk vind voor de stage die eraan komt! En nu dingen opsteken in de les is natuurlijk beter dan het thuis nog te moeten zoeken. :)

Deel 2 van opdracht 1 VD2

Leerplannen vergelijken: 2de graad aso versus eerste leerjaar A
In deze blog gaan we eens bekijken wat de verschillen zijn tussen twee verschillende leerplannen van het vak plastische opvoeding (vvkso). We vergelijken het leerplan van het eerste leerjaar A met dat van de 2de graad aso. Zouden deze leerplannen sterk verschillen? Welke visie hebben ze elk op het vak? Hier lees je de conclusies.

1) visie op het vak
eerste leerjaar A:
- het vak is noodzakelijk voor iedereen. -> authenticiteit vinden.
- creatieve mensen zijn nodig in onze maatschappij.
- attitudes zoals zelfvertrouwen en verantwoordelijkheid
- proces= beschouwen -> creëren.
2de graad aso:
 - het vak is noodzakelijk voor de algemene vorming van iedereen.
- helpt bij het zoeken naar zichzelf
- manier van denken die aan de basis ligt van creativiteit.
- creatieve mensen zijn nodig in onze maatschappij.
- proces= beschouwen -> creëren.

conclusie: Dezelfde visie komt hier naar voren. Plastische opvoeding helpt bij de algemene vorming van de leerlingen, naar het zoeken van zichzelf.
2) beginsituatie
eerste leerjaar A:
- heterogene groep
- leven in digitale wereld
- er zijn verschillen in de ontwikkeling van de beeldtaal bij de leerlingen.
- de taak van de po leraar is om authenticiteit en originaliteit na te streven.

2de graad aso:
-  Lln worden sterk beïnvloedt door de technische en maatschappelijke evolutie.
- indringend & fundamenteel ondervragen van zichzelf en de omgeving op deze leeftijd.
- experiment
- er is een grote variatie in interesse, leergierigheid en motivatie bij de leerlingen.
- Enkelen konden zich beelden verder ontwikkelen maar anderen stonden na dat eerste jaar stil.
-> herhaling in beginfase.
- belangstelling in vorm, schoonheid, afwerking...

conclusie: de beginsituatie verschilt hier natuurlijk omdat we een vergelijking maken tussen de eerste en tweede graad.
3) doelstellingen/leerplandoelstellingen  (hier zijn enkele voorbeelden uit geplukt)
eerste leerjaar A:
- perceptie/waarnemen: beschouwen, via observatie, onderscheid maken tussen...
- onderzoek/vormgeven: eigen ideeën, fantasieën,.. uitdrukken, naar waarneming schetsen, authentieke beeldtaal ontwikkelen, basisbegrippen kleurenleer.
- reflectie/attitudes: over de verschillende stappen reflecteren, kritische houding...
2de graad aso:
- algemeen
-waarnemen: Ba, M, T... zijn onderdelen van een beeld dat we onderscheiden en beseffen dat deze noodzakelijk zijn voor beeldende expressie.
- vormgeven: vertrouwd met basisbegrippen van de kleurenleer
- attitudes: kritisch, eigen werk toelichten, reacties van andere leerlingen aanvaarden.

conclusie: Ik heb natuurlijk maar enkele voorbeelden uit het leerplan getoond. We zien dat we grotendeels toch verder bouwen op het eerste leerplan.

4) pedagogisch didactische aanpak
eerste leerjaar A:
- werken met werkgehelen: thema's die aansluiten bij de actualiteit, de belevingswereld van de leerlingen..
- de leerkracht begeleid de leerlingen individueel en stimuleert ze.
2de graad aso:
- opdrachten worden gegeven in de vorm van werkgehelen.
- leerkracht daagt de leerling uit.

conclusie: Ze werken beiden met werkgehelen (logsich) De leerkracht stimuleert en begeleid de leerlingen.

5) persoonlijke visie
Mijn visie over leerplannen sluit het sterkst aan bij die van het vvkso. Ik ben akkoord met het feit dat plastische opvoeding ook een belangrijk vak is voor de leerling. Ze kunnen er hun gevoelens in kwijt, experimenteren, leren kritisch zijn, leerkrachten werken rond authenticiteit...
De werkgehelen vind ik soms wel minder. Gelukkig kunnen leerkracht po hier vrij in zijn.

6) bronnen
vvkso.(2000).leerplannen.Opgehaald van ond.vvkso-ict.com: http://ond.vvkso-ict.com/vvksomainnieuw/leerplanpubliek.asp?NR=2000/074

vvkso. (2008). leerplannen. Opgehaald van ond.vvkso-ict.com: http://ond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/Plastische%20opvoeding-2008-044.pdf






woensdag 25 september 2013

Vakdidactiek!

Een nieuwe wind...

  

Het nieuwe jaar is begonnen! 
Maandag vlogen we er direct in tijdens vakdidactiek plastische opvoeding. 

We maakten kennis met verschillende onderwijsniveau's en hun bijhorende onderwijsbevoegdheden.
We kwamen dus ook in contact met een aantal vakken die wij, als leerkracht plastische opvoeding, ook mogen geven. Dergelijke vakken zijn presentatietechnieken, beeldende vorming enz. De onderwijsnetten werden ook nog eens toegelicht. 
Verder kregen we tips om leuke lesjes te vinden, werd de studiewijzer duidelijk en natuurlijk het belangrijkste: we werden aan het werk gezet! 

Deze les was voor mij wel verrassend. Ze was verrassend in de zin van: het is anders dan de eerste les van vorig jaar. Toen ging het nog over 'wat is er nodig in een les po?' Nu stellen we ons de vraag: hoe gaan we een goed lesidee omzetten in een echte les om deze ook echt te geven?
We werden al een beetje 'gewaarschuwd' over de stage, maar werden  ook warm gemaakt om eraan te beginnen. Het zal een uitdaging worden, dat is duidelijk. Je moet aan alles denken bij lesgeven, onder welke koepel werkt de school, de richting van de klas, de hoeveelheid, de graad... Al deze zaken zijn belangrijk voor je je les geeft.
De oefening waarmee we gestart zijn was dan ook zeer geslaagd voor mij. Ik vond het leuk dat we in groepjes de verschillen konden ontdekken en om ze samen tot een bepaald 'lesidee' te komen. Een ander positief punt is dat we dus de eerste les al in actie konden schieten. Via medestudenten krijg je ook andere inzichten.

Als laatste kregen we de opdracht om zelf eens een werkblaadje proberen te maken rond het lesidee.
Ik ben benieuwd naar de volgende les!

 


 

dinsdag 30 april 2013

PRAKTIJKWEKEN.. PART 2

praktijkweken.. part 2! 

Wat medestudenten ervan vonden.. : 

De opdrachtformulering is bij iedereen hetzelfde. Deze heb ik dus redelijk goed kunnen verwoorden.
Als feedback kreeg ik wel dat deze nog te oppervlakkig is, waar ik  wel mee akkoord ben nu. Het idee is leuk, maar ik kon er nog dieper ingaan.
Mijn link tussen P en A is bij de observatoren ook goed overgekomen, door gebruik van inkt en de machinale voorstelling bekom je het 'enge' . Dit affect was wel niet zo goed ingezet.
Mijn uitvoeringsfases waren duidelijk geordend en de sfeerschepping (waarbij de tweede het relevantst was..) is zeker bijgebleven en sluit aan bij de leefwereld van de jeugd. 
Creativiteit had ik nog beter kunnen stimuleren door iets verder op dat machinale in te gaan, meer aanschouwelijk maken, demonstreren. Maar is idee is zeker oké! 
Verbaal en non-verbaal sta ik goed voor de klas. Ik heb een rustige houding. Waar ik wel op moet letten is om iets trager te spreken als ik een verhaaltje vertel. 

Een werkpunt! 
Tijdens mijn OLG moet ik ervoor zorgen dat ik de leerlingen zelf meer betrek. INTERACTIE. 
In mijn uitvoeringsfases gebruikte ik Permeke.. deze was hier totaal niet gepast want ik zelf ook wel vond alvorens ik mijn les gaf. 
Tijdens mijn demonstratie is het ook noodzakelijk leerlingen te betrekken, dit heb ik deze keer niet gedaan?  (vergeten) 
Nog een ander aspect waar ik op moet oefenen is bordgebruik. ik liep rond in de klas en zag toen dat ik het stappenplan niet meer had overlopen en op bord geschreven had.

PLAN: Als ik nog eens lesgeef zorgen voor een spiekbriefje waar al mijn puntjes opstaan! :) 



zaterdag 20 april 2013

Praktijkweken.. PART 1

Praktijkweken.. part 1! 



Mijn opdrachtformulering heeft iedereen correct begrepen maar de link tussen P en A is redelijk onduidelijk.
De vraag waarom er collage/montage is gebruikt staat centraal. Dit moet terug beter doordacht worden, mijn beeldmodel is niet helemaal correct wat de opdracht ingewikkeld maakte.
De uitvoeringsfases volgen elkaar goed op en de opdracht zorgt voor creativiteit. Er hadden duidelijkere stappen moeten zijn : van een achtergrond via collage naar de voorgrond werken. Dan had de 'kick' ook niet meer noodzakelijk geweest en hadden leerlingen zich enkel op omgeving kunnen concentreren, want die kick konden ze nu nog niet gebruiken.
Mijn verbale en non-verbale communicatie zit wel goed, ik spreek goed AN. Ik mag soms wel iets luider praten.
Werkvormen zitten oké, op de juiste moment ingezet.
De  demonstratie is ook positief beoordeeld. Ik liet leerlingen iets voordoen. Ik moet er wel op letten dat ik verschillende leerlingen aan bod laat komen.
Ik vind de FB die gegeven is zeer terecht en zal hier volgende week rekening mee houden.

woensdag 3 april 2013

reflectie praktijkweek 2

 Reflectie Praktijkweek 2

organisatie/structuur:
Mijn organisatie was goed. Tijdens mijn OLG zaten de leerlingen aan hun bank. Toen de demonstratie aan bod kwam liet ik ze vooraan komen zodat ze alles goed konden zien.
Structuur van mijn les zat ook goed. Logische volgorde van sfeerschepping naar inleiding naar demonstratie. ( met kb) 

pedagogisch:
Ik kreeg de feedback dat ik goed voor de klas sta. Ik straal zelfzekerheid uit en sta lief en rustig voor de leerlingen. Ik had wel een beetje last van zenuwen. ( Omdat het internet niet werkte en ik mijn dia's daardoor niet kon tonen.) 
Mijn inhoud overbrengen is minder vlot gegaan. Ik heb het meeste gewoon niet gezegd omdat ik er niet aan dacht. ( Ik ging ook te snel) 
Dit heb ik zelf goed ervaren, een klein spiekbriefje met korte stappen en namen is heel handig en ga ik ook volgende keer bij de hand houden.

vakinhoud
Ik had nog verder mogen gaan in mijn vakinhoud. Beeldaspecten moeten ook meer gekoppeld worden aan mijn kb. In mijn opdracht is alleen gewerkt rond techniek, dus dit moest nog uitgebreider. Kinderen moeten ook niet veel creativiteit gebruiken, dit moet ik ook aanpassen. Oplossing: We laten de leerlingen een nieuwe affiche maken voor een project op school. 

Wat heb ik geleerd: 
Spiekbriefje bij de hand houden.
Brengt de oprdacht creativiteit teweeg bij de leerlingen?
Waarom moeten leerlingen dit maken?   ( !!!) 
Beeldaspecten meer linken.
Alles moet goed in elkaar zitten en verbanden hebben.

zondag 24 februari 2013

Reflectie praktijkweek


De praktijkles zelf vond ik zeer interessant. Ik had namelijk nog maar één keer voor de klas gestaan voor een korte opdrachtformulering. Door deze les kon ik echt eens 'waarnemen' hoe ik voor een klas sta.
Voor we naar iedereen gingen kijken kregen we drie onderwerpen waar we de nodige aandacht aan moesten geven: het pedagogische, de vakinhoud en de materiële inhoud.Dit zijn drie zeer belangrijke aspecten waar een leerkracht aan moet voldoen. Als reflectie kreeg ik de melding dat ik wel mezelf bleef als ik les gaf. Het onderwerp zelf (karikatuur) was misschien iets te moeilijk om echt een goede les te bekomen. Het is niet simpel om van dit onderwerp een volledig geslaagde les te hebben, dat hebben we namelijk ook gezien in de twee andere groepjes die hetzeldfe onderwerp hadden. Een combinatie was het best geweest.
Een van de belangrijkste dingen die we moeten onthouden zijn het belang van faseringen. Er moeten duidelijke fases zijn in je les en er mag niet teveel informatie gegeven worden per fase. Alles beperken is de boodschap. Een ander belangrijk punt is de uitvoeringsfase MET kunstbeschouwing. Een les moet aanschouwelijk gemaakt worden.
Ik heb veel bijgeleerd van de praktijkweek.

FB lesfiche

Na onze vakantie konden we terug van start gaan met een aantal goede tips die we kregen op de Feedback.
Omdat ik zelf nog niet zo zeker was over enkele dingen van die lesfiche vond ik dit een zeer goed idee om toch een aantal zaken duidelijk te maken. 
Ik wist tot dan niet dat KB ook in de uitvoeringsfases gebruikt moest worden. 
Ook de uitleg rond bronvermelding waren zeker welkom. 
Ik kreeg voor mijn lesfiche een B waar ik wel zeer tevreden mee ben. 
Kortom,  een goede start van semester twee. We kunne weer aan de slag!